|
|
|
Ixelles,
dat in het Nederlands Elsene wordt genoemd, is een binnenstedelijke
gemeente ten zuiden van de vijfhoek. De gemeente bestaat uit twee
fysiek gescheiden gedeeltes.
Een gedeelte westelijk van de Louizalaan dat zeer upmarket is en de
hoogste onroerend goed prijzen van Brussel kent., en een groter
gedeelte oostelijk van de Louizalaan, dat een gevarieerder beeld geeft.
In het noorden van de gemeente, rond de Naamse Poort en de Waverse
steenweg, is er een kleine Afrikaanse wijk, in de volksmond genaamd
Matonge naar het gelijknamige district in Kinshasa, met voornamelijk
Congolese en Ruandese immigranten. Ten zuiden van de Generaal
Jacqueslaan vinden we dan weer een typisch Belgisch franstalig
bourgeois kwartier met ruime appartementen en statige bel-etages.
Mede doordat Elsene geen noemenswaardig park of industriegebied binnen
haar gemeentegrenzen heeft, kent Elsene op papier een extreem hoge
bevolkingsdichtheid met meer dan 12000 inwoners per vierkante
kilometer. Dit zijn Parijse dichtheden. Parkeren is dan ook door heel
Elsene heen een berucht probleem. |
|
De
ontstaan van Elsene begon met de stichting van de Ter Kameren Abdij, in
1196, door de Benedictijnen tegen het Zonienbos aan, vlakbij de bron
van de Maalbeek. De abdij werd ingewijd door de bisschop
van Cambrai. Later onstond om de abdij heen een nederzetting met
werklieden en ambachtslieden en kooplui. In het stroomgebied van de
Maalbeek bevonden zich vijvers die werden benut als visgebied, en
als zoetwaterbron voor drinkwater en brouwerijen. Een aantal vijvers
zouden later gedempt worden, een aantal zijn tot op de dag van vandaag
nog zichtbaar, zoals de Elsene Vijvers/ les Etangs d'Ixelles. Een
ruimtelijke kwaliteit die langs deze vijvers en in de zijstraten van
deze vijvers de huizenprijzen nog verder de hoogte in heeft gejaagd.
In de loop van de tijd werd Elsene meer en meer ontwikkeld door de
nabijheid van de grote buur Brussel. De aanleg van de Louizalaan in
1847 was een definierend moment voor de geschiedenis van Elsene. De
combinatie van de hoger gelegen gronden van Elsene en de aanleg van een
brede prestigieuze boulevard zorgde voor aantrekkingskracht op de
Brusselse elite. Heel lang zou Elsene dan ook de reputatie houden van
een upmarket woongebied.
|
|
| Van 1870 tot 1920 maakte Elsene zoals veel Brusselse
gemeentes in dit tijdvak een razendsnelle groei door. De bevolking
steeg van 25.000 tot meer dan 80.000 inwoners. Het was ook de tijd dat
het leeuwendeel van het Elsense patrimonium gebouwd werd, met de
vermaarde Art Nouveau architectuur van onder andere Victor Horta, Paul
Hankar, Fernand Symons, en Paul Hamesse. Weer andere in Art Deco stijl
door Stanislas Jasinski en Ernest Blerot. Het is deze periode dan ook
die Elsenen de sfeer geeft die het heeft. Ondanks dat er vaak geen
eenvormigheid in architectuur is in veel straten, is er wel een
bepaalde homogeniteit van geschiedenis, want al deze verschillende
huizen zijn in een zelfde periode gebouwd. |
 |
| De burgemeester van Elsene is, verassend na bijna een eeuw liberalen, Willy Decourty, een socialist van de PS. |
|
© 2008 Estaval
|
|
 |
