|
|
Wezembeek-Oppem
is een gemeente direct ten oosten van de Brusselse agglomeratie. De
gemeente is fysiek helemaal aan de hoofdstad en Kraainem, Sterrebeek en
Tervuren vastgegroeid, en een groot gedeelte van het
gemeente-oppervlakte is bebouwd. Net als in de buurgemeente Kraainem is
een levendig fysiek centrum onbestaande, en zijn veel inwoners
voor hun voorzieningen georienteerd op andere gemeentes. Het winkelen
gebeurt op Place Dumon, het Woluwe Shopping Centrum, of in het centrum
van Tervuren. En in die volgorde.
Wezembeek telt diverse biotopen. De wijk Schone Lucht binnen de Ring
met haar strakke 500 a 600 vierkante meter kavels uitgelegd langs een
al even strak rechthoekig grid (zie foto boven). De oude rijwoningen in
het centrale gedeelte van Wezembeek (een centrum kunnen we het niet
noemen), de meesterlijke villa's aan rustige doodlopende wegen zoals
die van het Fujidomein. De bel-etages die later tussen de diverse
wijken in zijn gebouwd als opvulling. De witte bungalow wijk van
Ban-Eik. De oude en prachtige verbouwde boerderijen met flinke stukken
grond plompverloren in de bebouwde kom. En de villa's uit het begin van
de vorige eeuw in de geisoleerd liggende Grensstraat of de
Elisabethlaan. Waar Kraainem een bepaalde architectonische eenheid kent
en stedebouwkundige scheiding, daar is buurman Wezembeek veel
ongeorganiseerder en architectonisch verscheidener. |
|
Wezembeek-Oppem wordt doorsneden
door de Ring. Heel gemakkelijk om gebruik te maken van de aansluiting
via de Wezembeeklaan, maar voor diegenen die binnen een afstand van 150
meter van de Ring afwonen een serieuze extra geluidsfactor die ,
afhankelijk van de individuele overlastgevoeligheid, een continue
storende 24-uurs ruis omvat. Ondanks dat de ringweg dwars door
het dorp loopt vormt de in een verdiepte bedding liggende autosnelweg
niet zozeer een fysieke barriere, omdat over een afstand van 2
kilometer deze weg maar liefst acht maal ongelijkvloers gekruist kan
worden.
Een ander punt van zorg voor sommige Wezembekenaars is het feit dat het
einde van de daalroute op de korte baan 02/20 juist over het
noordelijke puntje van de gemeente loopt en over de wijk Schone
Lucht/Bel Air (het gedeelte van Wezembeek dat binnen de Ring ligt). Zie
de routes hier
Andere gedeeltes van Wezembeek moeten rekening houden met het
regelmatige gebruik van dezelfde baan (02/20) als startbaan. Vooral de
Huldenberg route, waarbij de opstijgende vliegmachines zwenken net voor
Wezembeek en iets later zuidoostwaarts over het hippodroom heen vliegen.
De overlast van vliegverkeer is uiteraard een subjectief gegeven, niet
iedereen heeft dezelfde gevoeligheid voor dit verschijnsel. Wat een
objectief gegeven is is dat jaar op jaar het materieel van de
luchtvaartmaatschappijen stiller wordt. Buiten dat is het voor veel
mensen in Wezembeek ook een enorm voordeel om op tien autominuten
van de luchthaven te wonen.
Wezembeek is met Kraainem de enige gemeente buiten het Brusselse Gewest
met een railverbinding met de hoofdstad. Lijn 39 begint op
Montgomery op de grens van Etterbeek en Sint-Pieters -en Sint
Lambrechts Woluwe en heeft als eindstation de Wezembeekse cite, Ban-Eik. |
|
De lingua franca is in Wezembeek het Frans, alhoewel de positie van het
Frans de laatste jaren wordt ondermijnd door de voortschrijdende
internationalisering van de gemeente. Ook Franstalige Belgen zijn
langzaam aan het wegtrekken naar goedkopere oorden, zoals het oosten
van Waals Brabant (Beauvechain/Gistoux/Waver) of verder Vlaanderen in
(Lubbeek/Leefdaal/ Hoegaarden), waar veel meer huis kan worden
verkregen voor hetzelfde geld. De overgebleven Vlaamse inwoners van
Wezembeek-Oppem hebben een merkwaardig hardnekkige voorkeur voor de
oude en kleinere rijwoningen in de gemeente.
In Wezembeek-Oppem is ten gronde hetzelfde proces als dat in Kraainem
zich aan het afspelen. De vlamingen blijven in hun kleine huizen in de
dorpskern, de Franstalige Belgen trekken weg, en de nieuwe Europeanen
stromen Wezembeek in. Dit laatste gebeurt in een hoog tempo. Maar in
tegenstelling tot Kraainem is er in Wezembeek nog immer een absolute
meerderheid (iets meer dan 60 procent) van de bevolking die als
thuistaal het Frans bezigt. Als de internationalisering van Wezembeek
met dezelfde snelheid als de afgelopen vijf jaar plaatsvindt, dan zal
de absolute Franstalige meerderheid in 2020 verdwenen zijn. Wel zullen
de Franstaligen in 2020 nog steeds de grootste taalgroep vormen, met de
Engelstaligen op een solide tweede plaats. De Nederlandstaligen zullen
in 2020 in absolute aantallen de derde plaats innemen (nu nog de
tweede).
Als de Franstalige partijen erin slagen om, of de buitenlanders
goeddeels buiten de lokale verkiezingen te houden zoals nu, of om een
combine aan te gaan met deze groep, dan zal de Franstalige politieke
meerderheid nog wat groter kunnen worden. Een eventuele combine tussen
Vlaamse partijen en de vele buitenlanders is onwaarschijnlijk. De
gesloten dorpsmentaliteit van de lokale Vlaming en zijn partij zal een
onoverkomenlijke hindernis zijn. Net zo goed als de decennialange
demoniserings-campagne door de Franse media van de Vlaming in het
algemeen en die in de Rand in het bijzonder, zijn uitwerking op het
imago dat veel buitenlanders hebben van "de Vlaming" niet zal
hebben gemist.
Feit blijft wel dat ondanks een grote politieke meerderheid van de
Franstalige partijen in de gemeenteraad nu en waarschijnlijk ook in de
nabije toekomst, het onder de 50 % zakken van het aantal Franstaligen
in Wezembeek sec, een belangrijk argument voor rattachement zomaar gaat
verdwijnen. |
|
De
bejaarde François van Hoobrouck d'Aspre (1935) is de
niet-burgemeester van Wezembeek-Oppem. Van Hoobrouck is liberaal (MR),
en samen met zijn vrouw Antoinette van adelijke afkomst, maar
desondanks eerder gemotiveerd door triviale taalperikelen dan door
belastingverlagingen. Ook zijn verzet tegen het spreidingsplan voor de
luchtroutes rondom Zaventem lijkt eerder ingegeven door een
communautaire impuls dan door een reele afweging van belangen. De bron
van inspiratie voor Van Hoobrouck is al decennia lang de taalstrijd in
zijn algemeenheid en die in Wezembeek in bijzonder. Hij verdient zonder
meer enige bewondering om op zijn leeftijd het gevecht aan te gaan met
de machtige Vlaamse overheid, hem vijandig gezind. Hoobrouck, ten
gronde aan lager wal geraakte adel en zeker niet in een
makkelijke positie, toont moed en doorzettingsvermogen. Anderzijds moet
worden vastgesteld dat door de communautaire fixatie van Hoobrouck de
belangen van zijn eigen gemeente uiteindelijk al meer dan tien jaar
grote schade toebrengt. Door zijn recalcitrante houding en door het
feit dat hij zich, waarschijnlijk zonder hetzelf goed te beseffen, in
een logica van de haat heeft laten meeslepen, is de invloed van de
gemeente op discussies voor wat betreft vliegroutes,
geluidsschermen, en andere gemeentelijke wensen met de Vlaamse overheid
to onder nul gedaald. Van Hoobrouck krijgt niets meer voor elkaar voor
zijn gemeente. Zijn starre en humorloze houding contrasteert met die
van Arnold d'Oreye de joviale niet-burgervader van een vergelijkbare
gemeente als Kraainem. Kraainem ligt er voor wat betreft de publieke
ruimte dan ook een stuk beter bij. |
|
© 2008 Estaval
|
|
|