|
|
Sint-Genesius-Rode,
in het Frans Rhode-Saint-Genese, is een gemeente direct ten
zuiden van de Brusselse agglomeratie. De
gemeente is fysiek helemaal aan de hoofdstad, lees Ukkel, vastgegroeid.
De gemeente ligt ten westen van het befaamde Zonienwoud. Een prachtige
ruimtelijke kwaliteit, die nog veel betekenisvoller had kunnen zijn
voor Rode als de altijd en eeuwig drukke, en veel te krappe,
Waterloosesteenweg, niet een voortdurende barriere was geweest tussen
de woonwijken van Rode en het groene woud. Een plaatselijke
ondertunnelling van de Waterloosesteenweg zou hier wonderen kunnen
verichten
De gemeente bestaat vooral uit eindeloze
rijen villa's, zo lijkt het. Maar er is ook nog het oude Sint Genesius
Rode, met haar lintbebouwing, haar arbeiderswoningen, haar
verenigingsleven, en haar open gebieden. Dit is vooral het Vlaamse gedeelte.
In het zuiden loopt de bebouwde kom naadloos over in Waterloo, dat in
Waals-Brabant ligt. Sint Genesius Rode is in feite een schakel in de
aaneengesloten d zuidelijke suburbs van Brussel die beginnen ten zuiden
van de (Avenue) Winston Churchilllaan in Ukkel, en dan plot
voor plot doorlopen naar de zuidgrens van Eigenbrakel (Braine l'Alleud)
, 18 kilometer verderop. |
|
Simt-Genesius-Rode
kent een redelijk hoog percentage vreemdelingen, maar niet zo hoog als
dat in gemeentes in de Oost-Rand. In Rode stabiliseert het percentage
buitenlanders zich rond de 17 Procent van de totale bevolking. Ook in
tegenstelling tot de Oost-Rand lijkt dit percentage voorlopig niet meer
te gaan groeien. De meeste van de niet-Belgen in Rode zijn Europees.
Als zij zouden stemmen voor bijvoorbeeld de gemeenteraadsverkiezingen
zouden zij zeker kunnen wegen op de politieke verhoudingen in
Rode , maar deze niet fundamenteel veranderen. Wel zijn zij een groep
die een absolute meerderheid aan Franstalige Belgen in Rode blokkeert.
Extrapolatie van de verkiezingsuitslagen, gecombineerd met jet
percentage anderstaligen en een schatting van de (lage) opkomst onder
de buitenlanders in Rode levert een Franstalige Belgische populatie op
van tussen de 44 en 47 procent. De ongeveer 700 Fransen die woonachtig
zijn in de gemeente zouden theoretisch kunnen zorgen voor een nipte
meerderheid van de francofonie in Rode. Als we echter gaan
verdisconteren dat de vrouwelijke burgemeester Rolin, mede door haar
vriendelijke en nette profiel, een deel van de Vlaamse kiezers weet
binnen te halen voor haar lijst Gemeente Belangen, hetgeen
zeer waarschijnlijk is, dan zou een absolute franstalige
meerderheid in Rode wel eens een verre fantasie kunnen blijken, sterker
nog lang niet in zicht zijn. Hier zien we dus dat de aanwezigheid van
een grote en diverse (meer dan honderd verschillende nationaliteiten)
populatie buitenlanders van invloed is op een nationaal politiek debat.
|
|
Dat het
percentage buitenlanders niet verder groeit in Rode heeft een reden.
Niettegenstaande het feit dat de percelen ruim zijn, de woningen zijn
groot en luxe, het Zonienwoud om de hoek, de criminaliteit
laag, en de politici relatief beschaafd, toch lijkt Rode haar
aantrekkelijkheid te verliezen voor de expats. Zij kiezen vooral voor
de Oost-Rand of voor Brussel zelf. De belangrijkste reden is dat
Rode met de dag slechter bereikbaar wordt. De belangrijke
noord-zuid verbinding de Waterloosesteenweg (Chausse de Waterloo) is
overvol, en er is geen doorkomen aan. Een goede aansluiting op de, voor
de bereikbaarheid ten opzichte van vliegveld Zaventem cruciale, Ring
Oost is er gewoonweg niet. De aansluiting de andere kant op is er wel
maar ook langzam en stroef. De Ring West is daarenboven minder
belangrijk voor de meeste inwoners van Sint-Genesius-Rode.
Via twee NMBS stations is , in een lage frequentie met versleten treinen, wel een directe verbinding met het Zuidstation.
De dramatische auto-bereikbaarheid zal voorlopig nog lang niet
verbeterd worden. De Vlaamse regering zal zich verzetten tegen een
verdubbeling van de noord-zuid as richting Brussel, en het Franstalige
gemeentebestuur zal nooit toestemming geven voor een (ondertunnelde)
sluiting van de Ring die een snelle oost-west verbinding zou
opleveren. Maar doordat ze een nieuwe snelle verbinding tussen Vlaamse
landgedeeltes creert, ook een invasie van nieuwe Vlaamse inwijkelingen
kunnen zou gaan faciliteren. |
|
Burgemeester van Sint-Genesius-Rode is al sinds
1988 de nietszeggende compromisfiguur baronesse Myriam Rolin-Delacroix
(1952) die een coalitie van CDH (haar eigen partij) en andere
franstalige partijen, waaronder het FDF, verenigd in IC-GB (Interet
Communal-Gemeente Belangen), voorzit. Mevrouw Rolin, afkomstig uit een
zeer welgesteld milieu, heeft nog de naieve intenties om een vredige
wereld na te streven waarin de rijken de armen verzorgen en culturele
saamhorigheid een vanzelfsprekende uitkomst is. Het is deze
aandoenlijke naiviteit die een belangrijke reden is dat de
communautaire onrust in Rode zelden zo hoog oplaait als in de andere
faciliteitengemeenten. Mevrouw Rolin wil geen revolutie, ze wil geen
oorlog , ze wil iedereen te vriend houden, en ze wil zeker de wet
niet overtreden. Ze wil vooral graag burgemeester zijn. Sommige van
haar FDF collega's of TAK actievoerders zouden graag zien dat
Rolin duidelijk partij gaat kiezen voor het idee van een aansluiting
bij Brussel van haar gemeente. Iets dat gezien de zeer strategische
ligging van Rode (aansluiting zou de Vlaamse omsingeling opheffen)
zeker tot een diepe crisis in de Belgische politiek zou kunnen leiden.
Voor de onroerend goed prijzen blijkt de opstelling van Rolin een
zegen, in tegenstelling tot de neerwaartse druk op de huizenprijzen in
Wezembeek-Oppem en Kraainem veroorzaakt door de radicale capriolen van
haar respectievelijke collegae.
Een nadeel van de eindeloze compromiscultuur op het gemeentehuis is dat
er nooit echte standpunten worden ingenomen en er nooit harde
beslissingen vallen. Dit gebrek aan daadkracht leidt er toe dat wat
moet doorgaan voor het dorpscentrum in alle opzichten van een
abominabel niveau is. De publieke ruimte in zijn algemeenheid
ziet er in Rode deplorabel uit, zeker tegen het licht van het feit dat
dit een van de rijkere gemeentes van Belgie is. Niet alleen de inertie
van de burgemeester en haar consorten is de reden voor de deprimerende
toestand waarin een flink deel van de openbare ruimte in verkeert, maar
ook het feit dat de Nederlandstalige bevolking in hun
dorpswoningen, de Franstalige Belgen in hun villa's, en de anderstalige
vreemdelingen in hun andere villa's, met de rug naar elkaar toeleven.
Er is weinig van gemeenschapszin en saamhorigheid. Er is kort door de
bocht gezegd dus ook niet echt een prikkel voor de villabewoners
die aan de macht zijn (IC-GB), om te investeren in een aantrekkelijk ,
schoon, georganiseerd en levendig dorpscentrum. |
|
© 2008 Estaval
|
|
|